woensdag 22 mei 2013

Modernistisch schilderij (Cynthia)

De beeldbeschouwing van het schilderij:


Titel: En Repos – Balletdanseres
Maker: Willem Dooijewaard (1892-1980)
Wat zie je: een jonge balletdanseres die dromerig kijkt, ook lijkt ze heel ver weg met haar gedachten. Verder staat ze er niet erg ontspannen bij.
Betekenis van het beeld: ze staat even stil, een momentopname. Daarna zal ze waarschijnlijk weer verder dansen. Er is goed naar de schaduw gekeken, de schaduw is achter het meisje.
Hoe is het gemaakt: olie op doek.
Tijdskenmerken (stijl): Impressionisme. Kenmerken van het impressionisme zijn:
1.      Korte indruk of momentopname
2.      Werk lijkt snel gemaakt
3.      Geen probleemstelling of boodschap.
Deze kenmerken zie je terug in dit werk. Naast dat het een momentopname is, is het schilderij niet heel gedetailleerd en kun je er geen probleemstelling of boodschap in zien.  
Mening: het schilderij heft een droevige uitstraling, waardoor je ook een beetje droevig wordt als je er naar kijkt. De droevige uitstraling heeft ook te maken met de donkere kleuren die gebruikt zijn. Verder wekt het ook nieuwsgierigheid, omdat je wilt weten waarom het meisje zo in gedachten verzonken is. Waarom kijkt ze zo dromerig? 

Beeldaspect:

Hoofdcategorie

Kleur
Deelbegrip

Licht-donkercontrast
Afbeelding














Korte
omschrijving
Van het begrip



Een tegenstelling van donkere en lichte kleuren.
Hoe in de afbeelding




Er zijn in de tekening vooral donkere kleuren gebruikt. Alleen het jurkje heeft een lichte kleur.  
Welk effect in de afbeelding





Doordat het jurkje een lichte kleur heeft valt het meteen op in het verder donkere schilderij.  Je ogen worden meteen naar het jurkje en het meisje getrokken.
 


Hoofdcategorie

Kleur
Deelbegrip

Licht-donkercontrast
Afbeelding













Korte
omschrijving
Van het begrip



Een tegenstelling van donkere en lichte kleuren.
Hoe in de afbeelding




De kleding is donker, tegen een lichte achtergrond.
Welk effect in de afbeelding





De achtergrond springt door de lichte kleur meteen in het oog. Door de donkere kleding valt de persoon minder op.  


dinsdag 21 mei 2013

Feedback beeldende vorming les

Deze feedback hebben wij gekregen van Sonja Heerens en Evelien van Os op onze les.



Feedback
1. Wordt er rekening gehouden met de belevingswereld?
Ja, dieren spreken kinderen altijd aan. Ieder kind heeft wel een lievelingsdier. Maar voor welke groep is deze opdracht eigenlijk?
2. Is de inleiding motiverend voor de kinderen?
Het hangt ervan af voor welke groep deze opdracht bedoeld is. Het laten zien van een mozaïek is wel goed voor het beeldaspect, maar om de kinderen meer te stimuleren hun eigen creativiteit in het werk te stoppen, zouden wij geen mozaïek van een dier laten zien. Plaatjes van dieren is altijd goed en het bespreken van de kenmerken ook.
3. Is er sprake van een duidelijk beeldend probleem?
Nee , het probleem zit hem volgens ons in het uitbeelden van de juiste kenmerken van een dier en niet perse in het maken van een mozaïek .
4. Stimulatie tot eigen vormgeving?
Wel als het gaat om andere dieren dan vissen. Zie opmerking bij 2.
5. Is het beeldmateriaal adequaat gekozen?
Ja, maar blijft zo dat mozaïek geen dier zou moeten voorstellen.
6. Straalt het gekozen beeldmateriaal de huidige tijd uit?
Ja, mozaïek wordt nog steeds gemaakt.
7. Geef een aantal verbeterpunten en aanvullende suggesties?
Ander voorbeeld van mozaïek kiezen. Als het groep 3 of 4 betreft is een duidelijk gezicht aanbrengen wel erg moeilijk met stukjes papier en zouden wij meer de nadruk op de vorm van het hele dier leggen. Wij zouden meer vertellen over de werkwijze bij het maken van een echt mozaïek (tegels en voegen i.p.v. papier plakken)
8. Wat is het sterkste onderdeel van de les en waarom?
De gebruikte techniek. Kinderen maken misschien voor het eerst kennis met een mozaïek.

woensdag 15 mei 2013

Dit is de voorbereiding voor onze beeldende vorming les.  

Voorbereiding
Context
Belevingswereld
Vertellen over dieren en verschillende plaatjes laten zien, van verschillende dieren, naar eigen invulling, kijk naar wat speelt in de klas. Ook vragen wat de kinderen hun lievelingsdieren zijn.
Basisplan
Opdracht en randvoorwaarden
Maak een herkenbaar dier met verschillende kleurtjes en bedenk daar een omgeving bij waar het dier zich in thuis zal voelen. Je mag op het witte blaadje dat je krijgt, geen enkel stukje wit meer zien als je klaar bent met de opdracht.
Je moet het dier eerst schetsen en er daarna met kleine gescheurde stukjes papier in plakken.
Je moet verschillende kleuren papier gebruiken.
Het gezichtje van het dier moet zichtbaar en herkenbaar zijn (ogen, neus & mond). Het dier moet zo compleet mogelijk zijn.
Doelen
Beeldend doel:
Aan het eind van de les hebben de leerlingen een herkenbaar dier gemaakt van stukjes gescheurd gekleurd papier.
Technisch doel:
Met verschillende gekleurde, gescheurde papiertjes een herkenbaar dier maken.
Receptie
/Oriëntatie
Introduceren
Beeldcultuur
Plaatjes van dieren en mozaïek laten zien. Bijvoorbeeld bijlage 1. Dit is een mozaïek plaatje van vissen. Maar ook gewoon losse plaatjes van dieren laten zien, zodat de leerlingen hun eigen dier kunnen kiezen.
Beeldaspecten
Uitleg geven over mozaïek en hoe je daar naar kan kijken
 
Informeren
Beeldbeschouwen
Samen met de leerlingen over dieren en mozaïek praten
 
Instrueren
Beeldend Probleem
Het maken van een eigen mozaïek dier.
Productie
/Uitvoering
Observeren
Beeldend Vermogen
Het in stukjes scheuren van papier en dit later opplakken in de vorm van het dier.
 
Begeleiden
Werkprocessen
Kinderen:
Dier uitkiezen, dier schetsen, het in stukjes scheuren van verschillende kleuren papier en hier hoopjes van maken. Het inplakken van het geschetste dier. De omgeving inplakken.
Leerkracht:
Rondlopen door de klas en bijsturen waar nodig is. Bij de leerlingen kijken of er wel een dier in te zien is, en positieve feedback geven.
 
Afronden
Tijdsmanagement
Tien minuten van te voren zeggen dat we bijna gaan opruimen en de klok aanzetten, zodat ze kunnen zien hoelang ze nog hebben. Erbij zeggen dat het niet erg is als het nog niet helemaal af is. Na die tien minuten de klok nog een keer op tien minuten zetten voor het opruimen. Binnen die tien minuten moet het helemaal klaar zijn.
Reflectie
/Nabeschouwing
Nabespreken
Reflecteren
In groepjes van 4 of 6 naar elkaars werkje kijken, kijken of ze er een dier in zien en wat voor omgeving het is. Hiervoor wel de groepjes husselen. Vervolgens alles ophangen in de klas en samen met de leerlingen er nog even over praten, is het allemaal goed gelukt, zie je overal een dier in etc.?
 
Beoordelen
Beoordelingscriteria
-       Verschillende kleurtjes papier
-       Gezichtje
-       Herkenbaar dier
-       Omgeving waar het dier zich in thuis zal voelen
-       Geen wit meer
-       Kleine stukjes
 
Presenteren
Presentatievorm
Ophangen in de klas
Evaluatie
Evalueren
Opdracht en randvoorwaarden
Zie alle bovenstaande dingen.

 

 

Bijlage 1

http://florienmartine.files.wordpress.com/2007/11/mozaiek-amsterdam-09-640x480.jpg